RRRauw!
Cupido schiet raak*. Mijn hart veert op alsof ik mijn elleboog stoot precies op het elektrisch botje. De zwaartekracht trekt me vijftien maanden uit mijn slaap de diepte in. Ik ga naar bed, bedenk dat ik vast niet nog verder de rouwput in kan worden gezogen maar weet dat ik de volgende dag gewoon weer opnieuw struikel en me laat vallen want, tja, wat kan ik anders. Regelmatig worstel ik boven om er vanaf grotere hoogte en met meer vaart in te tuimelen. Soms krijg ik een zetje. Vroeg of laat springt iedereen vrijwillig het diepe in, de angst voorbij. Kinderen vinden dat prachtig. Die roepen, nog een keer, nog een keer, nog een keer! Cupido treft mijn hart*. Sinds een dag of vijf voelt het anders. Tijd heelt, de scherpe randjes gaan eraf en er treedt rouwverzadiging op. Ofzo. Misschien. Wie weet. Het is pril. Maar ik verdenk stiekem Rumoro, de plek waar het in de winter ingetogen ruig voelt, de elementen geduldig zacht naar binnen duwen als een lammetje dat kopjes geeft en waar de lente zich al weken in de ogen wrijft om te ontwaken. Het is Rumoro. Geen twijfel mogelijk. Het huis schommelt met stille kracht als een krib tussen de bergen heen en weer. Hier land ik op de oneindig lange adem van het universum dat van nature perfect timet. Ik kijk vanuit bed naar zee en besef dat het is verdwenen. Het gevoel dat rouw elke dag holler schraapt. De zeven dwergen van Sneeuwwitje hebben het hakken gestaakt. In de leegte klinkt de paukenist volhardend met doffe dreun. Maar hey ho, hey ho zingt er niet meer rond.
Het is de eerste week waterig koud. Asturias is de costa verde, het groene Spanje met een maritiem klimaat. Het is er zeker niet tropisch. Ik stuiter mezelf warm op mijn verjaardagsskippybal en kom dagen later tot stilstand als ik alles eruit loop in de besneeuwde bergen waar het verdriet losweekt en tranen als ijspegels smelten in de zon. Ik huil vier dagen om de ringweg rond mijn hart in alle windstreken schoon te spoelen. Ik schreeuw naar de zee om jou (dag 1 t/m 4), jammer tegen de bergen vanwege Monty (dag 2) en terwijl Ducche zijn kop op mijn schoot legt, huil ik de derde dag om de zwartwitte spikkelpup, Laika. Ze zit voor me de eerste keer dat ik haar zie, de snuit omhoog terwijl ze in verlegen straaltjes over de stenen plast. Laika bijt geiten. Niemand wil een hond die het vee tot bloedens toe verwondt. Laika vindt geen nieuw thuis. Ik zou voor je zijn teruggekomen, roep ik verbeten tegen de wind in. Ik was je komen halen en had je nooit laten inslapen maar de liefde en aandacht gegeven die je nodig hebt, snik ik uit op de vacht van Ducche en snuif steeds een beetje van zijn stallucht op omdat het zo troostend geurt. Sindsdien klaart het buiten ook op. Voor de winter op Rumoro is het uitzonderlijk stabiel, droog en lenteachtig warm. ‘s Avonds val ik in slaap onder jouw voetbalveld fleecedeken, op jouw stem die tussen waken en slapen via een thèta-golf de namen van al die mooie plekken influistert waarmee je me zo geruststellend in slaap wiegt. San Vinciente, Llanes, Celorio, Covadonga, Andrin, San Roque…Eindelijk slaap ik door. Sinds juli 2018 ben ik lid van de 3.00-5.00 AM Club. Het voelt alsof ik drie grand slam titels achter elkaar haal als ik 5.38, 6.14 en 8.09 (ok, dit was een uitschieter) op de iPhone zie staan. Ik heb mijn abonnement opgezegd. De slaapzege zet door.
Rumoro is kamperen plus. Het is boerenglamping. D’s grootouders brengen er negen kinderen groot. Zijn abuela maakte kaas en D’s vader hoedde geiten voordat hij in de jaren ’60 naar Nederland komt om er de liefde van zijn leven te ontmoeten. Rumoro staat te koop. Het huis wordt niet meer permanent bewoond. Ik heb een schrijftafel, twee luxe tuinstoelen en een bed. Ik kan er koken, wassen en redelijk warm douchen. Er is eenvoudig gemak, geen luxe maar het simpelste leven dat ruis wegneemt waardoor het eenvoudig is naar binnen te keren en jou te horen. Ik schrijf in de woonkeuken, dat een oppervlak heeft waar menig student jaloers op is en waarin met gemak een gezellig formaat tiny house past. De keuken heeft zo’n donkerhouten balkenplafond. Op de vloer liggen terracottakleurige tegels die ik in het begin foeilelijk vind en waar ik nu zo van houd omdat ‘s avonds als het tl-licht uitgaat (het blijft wel Spanje) en de schemerlampjes aan de tegels stoofpeer zacht kleuren en de vloer me zo liefdevol door de avond draagt. Voor elk raam krullen gietijzeren tralies in schoppen-harten motief waardoor Ducche graag zijn neus steekt. De bordercollie hoort bij de stallen achter Rumoro, het boerenbedrijf van AnnaMaria, Enrique en hun zoon Pablo. Ze houden koeien en geiten. De grote meiden zijn dinsdag van stal gehaald. Ze lopen in polonaise de wei in en gooien huppelend uit blijdschap de achterbenen los. Sindsdien paraderen ze rond hun Valentino, een dikke stier, die al dagen snuffelt, snuift en ruzie zoekt met zijn rivaal in het tegenoverliggende grasland.
Voor jouw Valentijnsboodschap sla ik het prachtige boek van Petra van Dreumel open. Het is een boek om te beleven en past zo bij deze dag omdat het voor mij over (zelf)liefde gaat de bron waaruit creatie opstaat. Van Dromen naar Doen. Een cursus geluk in 40 dagen. Veertig dagen brengt verlichting maar ik weet niet of het mij in zo’n kort tijdsbestek lukt. Ik ben toch al wat jaren onderweg, wellicht zelfs halverwege (al ben ik ervan overtuigd dat ik hondertwintig word) en heb vast minstens veertig levens gehad. Daarbij, ik kan niet tegen deadlines. Alles wat ik najaag, gooit teveel olie op mijn vuur. Zelfs als ik voorzichtig probeer te genieten wat wel veel zachter klinkt – meer yin, maan en de onderbuik is – maar nog altijd best een ding kan worden. Beloof je dat je zult genieten, Ceetje? Petra haar boek is praktisch (het is wel van dromen naar DOEN) en magisch omdat het tot ontdekken, mentaal wandelen en expansie uitnodigt. Dag 22 komt spot on met een valentijnscadeautje. Wie bewonder jij? lees ik hardop voor. Ik veer overeind. D, natuurlijk! en plof gelijk neer omdat het too obvious and corny is. Met jouw naam maak ik me er te gemakkelijk vanaf. Al is het wel waar. Ik bewonder jou omdat je de dood verwelkomde alsof het een geliefde is.
Tegenwoordig werkt de Wet van Aantrekking razendsnel. Ik beantwoordde deze vraag bij toeval het uur ervoor. AnnaMaria is namenlijk mijn nieuwe heldin. Ze is eenenzestig en werkt zeven dagen per week met de geheimen van de natuur. Dingen die ik graag leer over de elementen, boerderijdieren en het land. Ze leert me vuur maken in het fornuis dat de waterkou verdrijft. Het houtvretende bakbeest is zeker drie jaar op dieet. Ik moet eigenlijk niet zoveel hebben van vuur. Het beneemt me al snel de lucht, moet worden aangewakkerd of juist geblust wanneer het te hoog oplaait. Vuur heeft altijd iets nodig en dat gepook vind ik iets opdringerigs hebben. Het duurt even voordat de schoorsteen zijn luchtwegen vrijmaakt. De keuken staat blank. AnnaMaria en ik staan te wapperen met dienbladen alsof het handwaaiers zijn net zoals ik jou driftig koelte toewuif in het ziekenhuis bij oncologie omdat je vreselijk aan het zweten bent waarop de dame naast ons, wel professioneel uitgerust met wapperaar, te hulp schiet en zonder nadenken haar waaier uit handen geeft. Het is alsof we de flamenco dansen. Ik wapper, stamp op de grond en maak klakgeluid als van castagnetten. Als toegift doe ik er een Spaanse schreeuw bij. Wanneer het vuur voldoende is aangewakkerd, neemt AnnaMaria me mee op haar dagelijkse tocht om de geiten naar huis te brengen.
Ondertussen leer ik Spaans uit de Cosmopolitan. In Llanes heb ik de glossy voor een euro gekocht omdat ik spreektaal wil leren in plaats van de deftige schrijftaal uit kranten. Bovendien lees ik sinds jouw dood geen nieuwsbericht, nu.nl en achterklap meer. Eigenlijk heb ik geen zin de krant weer op te pakken omdat ik al dat nieuws niet mis en vermoed dat het nog altijd meer van hetzelfde is. What’s new. Ik lees Cosmo’s columns, artikelen en horoscoop hardop voor, zoek wat ik niet weet op in een vertaal-app en noteer belangwekkende werk-, bij- en spreekwoorden in een schrift dat ik uit de Flow heb gescheurd. Ik ben – naast de praktische huis-, tuin- en keukenwoorden – vooral geïnteresseerd in belevingswoorden omdat ik me daarin graag uitdruk. Wanneer mogelijk oefen ik mijn hablablablar bij de gebakjeswinkel, op de markt en thuis als ik meezing op Romeo Santos’ Eres Mia. Tijdens het geitenhoeden deel ik mijn (werk)woord van de dag met AnnaMaria. Mijn favoriete bijvoeglijk naamwoord is estrafalaria. Het klinkt zo heerlijk Tante Tillerig (voor Millennials en GeneratieZ: begin jaren ’80, Family Knots, een kloddertje roze verf hier en daar). Het betekent eigenzinnig maar ik vind het mooi vanwege de s-, f- en l-klanken die samenzweerderig alle a’s achtervolgen. Het valt me op dat in veel talen het woord voor verhaal en geschiedenis samenkomt in hetzelfde woord. Alleen in het hier en nu verander je het verhaal dat je over jezelf vertelt te allen tijden. Je herschrijft hiermee geschiedenis waardoor alles wat achter je ligt als een rivier door de herinnering meandert.
Ik ben zo geraakt door de geiten die de eerste keer dat ik meeloop verlegen toenadering zoeken om een stuk brood uit mijn hand te eten. Elke ochtend tippelen ze voorbij wanneer ik in de keuken aan het schrijven ben. Sommige herkennen me, ruiken me misschien door het open raam en komen dan even gedag zeggen. De cabras verwonderen. Vooral hun eenvoudige ritme, dat slome grazen en volgzame, de overgave aan hun natuur. Het is heerlijk buiten te lopen met wandelstok, broodzak en op kaplaarzen. Ook in de regen is het banjeren door de blupsie met Ducche om de geiten te zoeken en te verleiden naar huis te komen een spel. Gisteravond zijn we nadat alle geiten boven waren terug gelopen om een kersverse moeder en haar pas geboren lam op te halen. Cabritas huilen als babies. Als de jongelingen drinken, prikken ze met hun snuit eerst een paar keer in de uiers om de melk op gang te brengen waarna ze kwispelend onder hun moeder hangen alsof het een thuistap is. De uiers voelen warm, de melk smaakt heel licht en zelfs in de kaas van deze geiten proef je hun zachtheid terug. Dit zijn enkele van de geheimen die AnnaMaria kent waarin ik haar bewonder en waarvoor ik dankbaar ben dat ze een glimps ervan met me deelt.
Ik stook nu elke dag vuur en ben eerst een half uur bezig met schoonmaken, vooral as weghalen, waarvan ik in het begin heel chagrijnig word. Ik denk aan jouw asbeker die nog altijd in de auto staat achter mijn stoel en meerijdt naar beneden als ik in Llanes internet nodig heb, koffie drink of boodschappen doe. Als ik aan tafel zit – eet of schrijf – ons vuur opstook in de kachel of uit de droppot snoep, kijk ik altijd even naar ons laatste selfie. Soms lijkt het dan alsof je net iets breder, liever of ondeugender naar me lacht. Vooral aan het eind van de dag als ik de geiten thuisbreng die in een lange sliert achter me aan mee naar boven lopen. Thuisbrengen voelt dankbaar. Net zoals ik steeds bij jou was, meeliep tot het eind en je bemoedigde los te laten onderweg naar huis. Ik sla nog eens het boek van Petra open bij Dag 22. Er zijn onvoorstelbaar veel vormen van liefde, lees ik hardop voor aan de berg. Wat mooi, hoor ik jou zeggen en ik neem voor om de liefde die jij blijvend in mij rondspint als gouddraad overal omheen te draperen ook als ik even niet weet wat ik voel, of mijn hart dichtklapt voor de ervaring.
Op jouw sterfweekdag rijd ik vanaf Rumoro verder omhoog voor een bergwandeling om de onrust uit mijn benen te lopen. Halverwege het pad doemt vanachter de rotsen een enorme roofvogel op. Ik schrik een stap achteruit maar ga precies daar zitten waar de roofvogel verschijnt, een plek die ik anders over het hoofd zou hebben gezien. Ik kijk uit over zee. Langs de rotskustlijn zie ik Celorio, Poo en Llanes liggen. De stilte drukt op de oren alsof je naar beneden rijdt, een tunnel in. Koeiebellen weergalmen heel zachtjes via de bergen alsof de rotsen gronden door aanhoudend hun oerklank te reciteren. Zo buiten, zo binnen. Als ik thuiskom, is het precies 11.44 uur, jouw sterftijdstip. Ik trek een cordonu benjamin cava open, kijk naar jou en hef het glas. Je glimlacht naar me, bemoedigend lief alsof je me een zetje vooruit wilt geven. Goed zo, Switi, doe maar. Ik besef dat ik jou maar niet meer zo buiten mezelf moet zoeken maar binnenin. Dat voelt rustiger. Alhoewel ik zie dat je ook ronddartelt in alle dieren die naar me toekomen, de natuur en haar elementen. In Ducche die, wanneer het donker is en ik op de iPad series op Netflix kijk, altijd naar me toe komt en mijn hand likt voordat hij zich in het hooi opkrult om te gaan slapen. In Roodborstje die vanaf het eerste moment dat ik terug ben op Rumoro aan het raam komt, de stier die door het keukenraam staart voor een spelletje wie-kijkt-het eerst-weg en de hondertwintig geiten die zo lief naar me kijken. Mijn Valentijna’s. En dat ik daarom zo graag hier ben op Rumoro waar je eindeloos dichtbij bent in iedere seconde dat ik je mis.
R O U W voelt als een storm die ligt.
* De dag nadat ik deze zin schrijf, bericht een vriend per e-mail. He, kleine, hoe is het nu? Ik zit in Singapore op de luchthaven en ben op doorreis naar Nieuw Zeeland. Cupido schiet raak omdat wij ooit met Valentijn in Nieuw Zeeland waren, gek van geluk rondrijden in onze Pinky & The Brain VW transporter. Ik glimlach vanwege de kosmische knipoog. De achternaam van deze reisvriend is namelijk Cupido.
p.s. op Faceboek verschijnt in de loop van de dag een Valentijns fotoserie die deze RRRauw! verbeeld.
RRRauw! is het hilarisch ontroerende jaar van een kleurrijke rouwdouwer die je met de speed of love vanuit de veilige knuffelvortex van haar grot meesleept door een volle bak echte rouw en de liefde die met kwetsbare humor overeind blijft als twee geliefden in drie maanden tijd versneld samen oud worden.
Bestel, luister en lees jouw versie van RRRauw! vanuit je luie stoel via www.rrrauw.nl. Leen & lees het boek in de bibliotheek Arnhem en Forum Groningen. Te koop in boekhandels in Groningen, Velp en Arnhem.
CARINA WIEGMAN (Groningen, 1972) reist, schrijft en geeft taoïstische buikmassage. Ze studeerde levensloop psychologie aan de Open Universiteit. In 2004 loopt ze via een datingsite de liefde van haar leven – so far – tegen het lijf waarmee ze 15 jaar over de wereld zwerft. In november 2019 debuteerde ze met RRRauw! Momenteel schrijft ze in Asturias aan haar tweede roman ‘Marathon’ (winter 2021).